Gezondheid of vitaliteit?
Gezondheid en vitaliteit worden vaak in een adem genoemd en zelfs als synoniemen ingezet, maar zijn toch wezenlijk twee verschillende zaken (die elkaar wel wederzijds beïnvloeden).
Werken aan je gezondheid betekent dat het doel is om ziekte uit te stellen of te voorkomen en je levensverwachting toe te laten nemen. (Meer) bewegen speelt een belangrijke rol bij preventie en gezond blijven.
Als je beweegt klopt je hart sneller en stroomt je bloed sneller door je lichaam. Als je regelmatig beweegt komen er kleine bloedvaten en slagadervertakkingen bij. En dat zorgt voor een betere doorbloeding van al je organen. Dat is gunstig: cellen hebben meer zuurstof, kunnen hun afvalstoffen beter kwijt en hun producten beter naar omliggende cellen vervoeren.
Vitaliteit gaat vooral over de ervaring van meer vrijheid om alles uit het leven te kunnen halen en een goed leven te kunnen leiden. Het vermogen om te kunnen bewegen biedt deze vrijheid, goed kunnen bewegen biedt letterlijk de mogelijkheid om overal te kunnen gaan en staan en leidt daarmee tot meer geluksbeleving, meer weerstand tegen stress en meer vitaliteit. Je kunt ervan genieten om te bewegen, je ontspant meer en waarschijnlijk voel je je na het bewegen of sporten beter!
Bewegen of sporten
Mensen zijn gemaakt om te bewegen en gedragen naar ons ontwerp betekent dat we zouden moeten bewegen. In onze huidige ‘gemakssamenleving’ wordt bewegen echter ontmoedigd en is het veel meer een bewuste keuze die we moeten maken dan dat de omgeving het afdwingt. Het is daarom belangrijk om je omgeving zo in te richten dat je dagelijks kunt bewegen, zoals fietsen naar het werk, tuinieren, de auto verder weg parkeren, koffie halen op een andere verdieping, etc.
Naast de activiteiten in het dagelijks leven kun je er ook voor kiezen om te sporten. Hoewel je omgeving ook bewegen uitlokt, is die vaak wel eenzijdig. De mens kan namelijk kruipen, rollen, tijgeren, lopen, rennen, klimmen, springen, slingeren, gooien en stoeien. Sterker nog, de mens kan op manieren bewegen, die niet vereist waren voor ze deze beweegkwaliteit had zoals fietsen of skiën. Sporten kan helpen om de eenzijdigheid te doorbreken. Bovendien kan sporten helpen om uit je comfortzone te geraken en daar zijn vaak de mooiste dingen te vinden…
Bedrijven bieden steeds vaker sportfaciliteiten aan in het kader van vitaliteitsbeleid. Met alleen sporten aanbieden ben je er echter niet: dan gaan alleen degenen die al sporten meer sporten! Sportfaciliteiten moeten dan ingebed worden in de bedrijfscultuur, naast een brede reeks van andere maatregelen in het kader van vitaliteitsmanagement.
Regelmatig bewegen bevordert het geheugen.
Bewegen en het brein
Elk levend wezen op deze planeet dat zich actief voortbeweegt beschikt over een brein. Kunnen voortbewegen in een omgeving vereist het vermogen om met oplossingen te komen. Het brein is nodig omdat er constant beweegpuzzels opgelost moeten worden. Beweging kunnen faciliteren lijkt de primaire functie te zijn. Dat we daarnaast nog veel meer kunnen met ons brein is een bonus.
Fysiek actief zijn, evenals nieuwe of prikkelende omgevingen kunnen neurogenese aanmoedigen, de aanmaak van nieuwe hersencellen. Er is ook een relatie tussen meer fysieke activiteit en beter cognitief functioneren. Regelmatig bewegen bevordert het geheugen. Als je tenminste voldoende rust neemt en goed slaapt. Er komen neurotransmitters en hormonen vrij, zoals dopamine wat helpt bij het beter opslaan van herinneringen. Het risico op een beroerte en de ziekte van Alzheimer wordt kleiner.
Naast de cognitieve prestaties lijkt ook onze mentale gezondheid een relatie te hebben met de mate van fysieke activiteit. Ook geluk en fysieke activiteit lijken samen te hangen. In een onderzoek van vier jaar (Wang, F., 2012) werd de beweegactiviteit en het geluksgevoel aan het begin, halverwege en aan het einde vastgelegd. Zij die vanaf het begin meer bewogen waren gelukkiger dan de groep die minder bewoog. Zij die halverwege meer gingen bewegen werden ook gelukkiger!
Bewegen hangt sterk samen met hoe je je voelt doordat het invloed heeft op stresshormonen en op bepaalde hersengebieden. Matig intensief bewegen werkt ontstressend en vergoot je veerkracht. Het zorgt ervoor dat je meer focus hebt en je impulsen beter kunt beheersen en dus meer gerichte keuzes kunt maken. Of omgekeerd: beweegarmoede leidt tot minder focus en meer automatisch gedrag. Wat je misschien net wilt veranderen.
Bewegen is gevoel
De mogelijkheid om te kunnen bewegen is niet alleen noodzakelijk voor ons overleven, maar is onlosmakelijk verbonden met doelen hebben en halen. We bewegen met een doel en dat doel wordt ingegeven door een impuls. Een dergelijke impuls vloeit voort uit lichamelijke sensaties zoals honger of een meer cognitieve opdracht om ergens specifiek heen te gaan om een afspraak na te komen. Dit gaat vaak gepaard met een gevoel of een specifieke emotie. Die onlosmakelijke relatie tussen bewegen en gevoel is wat ons in beweging zet. Doordat je in beweging komt kun je je doel bereiken, hoe eenvoudig ook. Bewegen betekent ook afleiding van negatieve gedachten, minder piekergedrag, toename van een gevoel van beheersing (mastery) en eigen effectiviteitverwachting, meer zelfwaarde en een positiever zelfbeeld.
Begin nu! Iets doen is altijd beter dan niets doen. Ook zo’n hekel aan de sportschool maar wil je wel oefeningen doen? Kijk dan eens hier!